Hamsa, het gebed van de reiziger
Van een Hansa zijn in ieder geval twee onderwerpen interessant: wat is een
hamsa en wat is er op geschreven?
Het voorwerp is een handje en heeft een lange geschiedenis. Het is een afbeelding
van een open rechterhand. Een beeld dat in de loop van de geschiedenis vaak
werd gebruikt en nu nog wordt gebruikt als een teken van bescherming. Door
sommigen, voornamelijk moslims en joden, beschouwd als verdediging tegen het
boze oog.
Men denkt dat de oorsprong ligt in het oude Egypte of Carthago en mogelijk in
verband is gebracht met de godin Tanit. De hamsa is populair in het Midden
Oosten en Noord Afrika. Het wordt vaak gebruikt in sieraden en wandkleden. Het
woord hamsa komt voor in het Arabisch, het Hebreeuws en in de Berbertalen.
Hebreeuws: spreek uit “chamsa”
Chamsa komt van chamesh. En chamesh is het getal vijf. Arabisch: spreek uit:
“khamsah”. Khamsah betekent vijf, maar ook de ‘vijf vingers van de hand’
Het wordt ook wel het Handje van Fatima (de dochter van Mohammed) genoemd.
Er wordt gespeculeerd dat Joden de eersten waren die dit amulet gebruikten
vanwege hun overtuigingen over het boze oog. Het symbool van de hand
verschijnt in Kabbalistische manuscripten en amuletten. De hamsa is in de joodse
cultuur met onderbrekingen in gebruik geweest, vaak gebruikt door joden in de
late negentiende eeuw, de vroege twintigste eeuw en vervolgens steeds minder.
Het idee van een beschermende hand is al aanwezig in het jodendom daterend uit
de Bijbelse tijden, waar het in Deuteronomium 5:15 wordt genoemd, in de tien
geboden genoemd als de "sterke hand" van God die de Joden leidde uit Egypte.
Onder het Joodse volk is de hamsa een zeer gerespecteerd, heilig en
gemeenschappelijk symbool. Het wordt gebruikt in de Ketubah
(huwelijkscontracten), evenals items die de Torah vermelden zoals wijzers en het
Pesach Haggadah. Het gebruik van de hand als afbeeldingen zowel in als buiten de
synagoge suggereert het belang en de relevantie die het
Joodse volk associeerde met de hamsa. De hand
versierde enkele van de meest religieuze en goddelijke
objecten en is sindsdien uit zijn ongewone fase
voortgekomen.
Ten tijde van de oprichting van de staat Israël werd de
hamsa een symbool in het dagelijkse Israëlische leven
en tot op zekere hoogte een symbool van Israël zelf. Het
is een symbool van seculariteit en een trendy talisman
geworden; een "veel geluk" charme op kettingen,
sleutelhangers, ansichtkaarten, telefoon- en
loterijkaarten en in advertenties. Het is ook verwerkt in
hoogwaardige sieraden, decoratief tegelwerk en
wanddecoraties.
De hamsa is vergelijkbaar met het westerse gebruik van
de uitdrukking "klop op hout" of "ongeverfd hout
aanraken". Een veel voorkomende uitdrukking in Israël
is "Hamsa, Hamsa, Hamsa, tfu, tfu, tfu", het geluid voor
spugen, zogenaamd om pech uit te spugen.
De tekst
Dit is de ‘tefilath haderech’ oftewel het gebed voor de reizigers. Tegenwoordig is
er ook een speciaal variant voor luchtreizigers. Het staat in iedere siddoer (een
Joods gebedenboek) die ook de gebeden buiten de sjoeldiensten heeft.
De vertaling is als volgt:
“Het zij U welgevallig, Eeuwige
en onze God en God onzer
voorouders, ons te doen gaan in
vrede en ons te voeren naar het
door ons gewenste doel tot
leven, tot vreugde en tot vrede
(en ons naar ons huis te doen
terugkeren in vrede) en ons te
redden uit de hand van elke
vijand en belager op de weg en
van alle soorten straffen, die
soms plotseling over de wereld
komen, en zegen te zenden op
het werk onzer handen en ons
te doen zijn tot gunst en genade
en barmhartigheid in Uwe ogen
en in de ogen van allen, die ons
zien, en te horen naar de stem
onzer smekingen, want Gij zijt
God, die gebed en smeking verhoort; geloofd zijt Gij, Eeuwige, die het gebed
verhoort.”
Er zijn ook regels waar de reiziger zich aan moet houder, zoals:
Bij voorkeur zegt men tefillath haderech als men één mijl – 2000 el – buiten de
stadsgrenzen is. Wanneer men onderweg is en ergens heeft overnacht, dan zegt
men het ’s ochtends voordat men vertrekt.
Men zegt tefillath haderech alleen wanneer men op reis gaat voor een afstand van
minstens 4 km en zegt tefillath haderech binnen de eerste 4 km van vertrek uit
een stad. Toen vergeten? Dan kan men het nog zeggen gedurende de hele tijd dat
men onderweg is, mits men niet minder dan 4 km verwijderd is van de plaats van
bestemming.
Wanneer je op reis gaat, dan zeg je dus het reisgebed – tefillath haderech. Maar
wanneer is er nu sprake van ‘op reis’? Je moet in ieder geval buiten de bebouwde
kom reizen.
Vanaf hoeveel kilometer buiten de bebouwde kom zeg je tefillat haderech
(reisgebed)? En in de dichtbebouwde Randstad, is daar in halachische zin 1)
eigenlijk wel sprake van ‘buiten de bebouwde kom’?
Geraadpleegde bronnen:
B. Noach, Israël
-J. Vredenburg, Volledig Gebedenboek der Nederlandsche Israëlieten, 1897
-Sabar, Shalom, The Hamsa in Jewish and Israeli Societies.2010
1) volgens de rabbijnse joose wet: letterlijke vertaling “het pad” of “de manier
van lopen”